Aaardappelen rassen keuze

ij het kiezen van de juiste te verbouwen aardappel rassen spelen een aantal zaken een rol. Je hebt hele vroege aardappel, dat zijn aardappelen die al half juni begin juli een goede opbrengst hebben en hele late rassen die pas in september een optimale productie vertonen. Als we de aardappels rangschikken in vroegheid krijgen we te beginnen met de vroegste de volgende lijst: Eersteling, Frieslander, Dore, Lekkerlander, Perel, Eigenheimer, Bintje, Escort, Sante, Nicola, Biltstar, Suprise Irene , EBA en Pimpernel. Voor een meer volledige lijst zie bv het overzicht van van der Wal Zaadhandel.
De opbrengst van in vroegheid vergelijkbare rassen speelt uiteraard ook een rol. Belangrijke is tevens de resistentie tegen de aardappelziekte, phytopthora en aardappelmoeheid. Over het algemeen geld dat hoe vroeger het ras des te gevoeliger voor phytopthora. In het geval van phytopthora wordt zowel het loof als de knol aangetast. Door phytophtora aangetaste knollen zijn niet te bewaren. Reeds na korte tijd verslijmd te aardappel en gaan stinken. Aardappels waarvan het loof is aangetast zijn mits op tijd gerooid en mits van enige omvang goed te eten.
De later ontwikkelde rassen zoals EBA, Sante, Nicola zijn goed bestand tegen de aardaappelmoeheid. Om aardappelmoeheid tegen te gaan is wettelijk bepaald dat slechts een maal in de drie jaar op een perceel aardappels verbouwd mogen worden. Aardappels die op met aardappelmoeheid besmette grond worden verbouwd worden vaak niet groter dan 20-30 cm. en de aardappels zijn vaak zo groot als een stuiter.
Op een kleine tuin verdient het aanbeveling te kiezen voor een vroeg ras, bv frieslander (reeds eind juni de eerste nieuwe aardappelen) en een middel vroeg ras als Sante of Escort ( deels om direct te eten en om te bewaren. Plant de rassen niet vlak bij elkaar want het vroege ras zal zonder twijfel zwaar worden besmet met phytophtora en kan de meer ressistente middel vroege rassen aansteken. Op de snel verdogende zandgrond is het niet verstandig om voor late rassen te kiezen immers deze behalen hun hoogste produktie eind augustus en dat impliceert dat er veelvuldig water gegeven moet worden.
Aspecten als vatbaarheid voor schurft, kringerigheid en stootblaauw kunnen in de keuze een rol spelen maar zijn ondergeschikt aan de genoemde zaken als vroegheid en resistentie tegen A.M en phytopthora.
Van der Wal Zaadhandel geeft een uitgebreide lijst van aardappelen en hun opbrengsten en gevoeligheden voor ziektes.